periodiek systeem

Hafnium

Hafnium is een glanzend zilvergrijs transitiemetaal. Het is ontdekt in 1932 en het was het voorlaatste element met stabiele kernen dat aan het periodiek systeem werd toegevoegd ( in 1925 was renium het allerlaatste element). Hafnium is vernoemd naar het Latijnse woord voor Kopenhagen: Hafnia. Het element heeft een aantal zeer belangrijke commerciële toepassingen waaronder in de kernenergie-industrie, elektronische apparatuur, keramiek, gloeilampen en bij het maken van superlegeringen.

Hafnium wordt maar zeer zelden vrij in de natuur aangetroffen. Het is meestal in zirkoniummineralen aanwezig tot een concentratie van 5%. In feite is hafnium chemisch sterk vergelijkbaar met zirkonium. Het scheiden van de beid elementen is buitengewoon lastig. Het meeste commerciële hafnium wordt geproduceerd als bijproduct van de raffinage van zirkonium.

Hafnium is het 45ste meest voorkomende element op Aarde en in de korst van onze planeet bevindt zich gemiddeld ongeveer 3,3 ppm. Hafnium is vrij goed bestand tegen corrosie, dit komt doordat het een oxide vormt op blootgestelde oppervlaktes. In feite wordt het niet beïnvloed door water, lucht en alle logen en zuren behalve waterstoffluoride.

Van alle bekende verbindingen bestaande uit twee elementen heeft hafniumcarbide (HfC) het hoogste smeltpunt (3890 °C). Hafniumnitride (HfN) heeft ook een hoog smeltpunt van ongeveer 3305 °C. onder de verbindingen bestaande uit drie elementen heeft het gemengde carbide van wolfraam en hafnium het hoogste smeltpunt (4125 °C). Enkele andere hafniumverbindingen zijn o.a. hafniumfluoride (HfF4), hafniumchloride (HfCl4) en hafniumoxide (HfO2).

Chemische gegevens

Tabel 1 – gegevens element Hafnium
Symbool Hf
Volledige naam Hafnium
Atoomnummer 72
Atoommassa (g.mol-1 ) 178,49
Groep transitie metaal
Elektronegativiteit (Pauling) 1,3
Dichtheid (g.cm-3 bij 20 °C) 13,31
Smeltpunt (°C) 2233
Kookpunt (°C) 4603
Vanderwaalsstraal (nm) 0,161
Ionstraal (nm) 0,075
Isotopen 6 natuurlijke isotopen
Elektronenschil [Xe]4f145d26s2
Elektronen per schil 2, 8, 18, 32, 10, 2
Eerste ionisatiepotentiaal (kJ.mol-1 ) 658,5
Tweede ionisatiepotentiaal (kJ.mol-1 ) 1440
Derde ionisatiepotentiaal (kJ.mol-1 ) 2250
Standaard potentiaal (V) -1,68 (HfO2+/Hf)
Ontdekt door: 1922 door Dirk Coster en George de Hevesey

Bohr – Rutherford diagram

elektronenschilconfiguratie van 72 Hafnium
elektronenschilconfiguratie van 72 Hafnium

CC BY-SA 2.0 ukLink

Isotopen

Tabel 2 – natuurlijke isotopen en abundanties
Nummer Naam Symbool Atoommassa (u) Abundantie (%)
72 Hafnium 174 Hf 173,940040 0,16
176 Hf 175,941402 5,26
177 Hf 176,943220 18,60
178 Hf 177,943698 27,28
179 Hf 178,945815 13,62
180 Hf 179,946549 35,08

Radioisotopen

Tabel 3 – radioisotopen van Hafnium
Nuclide Isotopische massa (u) Halfwaardetijd
153Hf 152,97069 400 ms
154Hf 153,96486 2 s
155Hf 154,96339 890 ms
156Hf 155,95936 23 ms
157Hf 156,95840 115 ms
158Hf 157,95479 2,84 s
159Hf 158,95399 5,20 s
160Hf 159,95068 13,6 s
161Hf 160,95027 18,2 s
162Hf 161,94721 39,4 s
163Hf 162,94709 40,0 s
164Hf 163,94436 111 s
165Hf 164,94457 76 s
166Hf 165,94218 6,77 min
167Hf 166,94260 2,05 min
168Hf 167,94057 25,95 min
169Hf 168,94126 3,24 min
170Hf 169,93961 16,01 uur
171Hf 170,94049 12,1 uur
172Hf 171,93944 1,87 jaar
173Hf 172,94051 23,6 uur
174Hf 173,94004 2,0 * 1015 jaar
175Hf 174,94150 70 dagen
181Hf 180,94910 42,39 dagen
182Hf 181,95055 8,90 * 106 jaar
183Hf 182,95353 1,067 uur
184Hf 183,95545 4,12 uur
185Hf 184,95882 3,5 min
186Hf 185,96089 2,6 min
187Hf 186,96459 30 s
188Hf 187,96685 20 s

Ontdekking

Het bestaan van hafnium was al tientallen jaren voor de ontdekking ervan voorspeld. Het element bleek tamelijk ongrijpbaar te zijn, het was namelijk bijna onmogelijk om chemisch onderscheid te maken tussen hafnium en het veel meer voorkomende zirkonium.

Toen de Russische chemicus Dimitri Mendeleev in 1869 zijn periodiek systeem ontwikkelde was hafnium nog niet bekend. In zijn werk voorspelde Mendeleev echter correct dat er een element zou bestaan waarvan de eigenschappen vergelijkbaar zijn met zirkonium en titanium maar dat wel zwaarder zou zijn.

In 1911 dacht de Franse chemicus Georges Urbain dat hij eindelijk het missende element 72 had gevonden. Hij noemde het “celtium”. Enkele jaren na zijn ontdekking bleek dat hij eigenlijk een combinatie van al ontdekte lanthanides had gevonden (de 15 elementen met de atoomnummer 57 tot en met 71 in het periodiek systeem. Urbain had wel al eerder het element lutetium gevonden.

Het was nog steeds onduidelijk of het ontbrekende element 72 een transitiemetaal of een zeldzaam aardmetaal zou zijn, het bevindt zich in het periodiek systeem  namelijk op de grens van deze twee soorten elementen. De chemici die dachten dat het een zeldzaam aardmetaal zou zijn voerden vele vruchteloze zoektochten uit naar minerale die zeldzame aardmetalen bevatten.

Nieuw bewijs dat voortkwam uit de chemie als uit de natuurkunde ondersteunde echter het idee dat element 72 een transitiemetaal moest zijn. Wetenschappers wisten bijvoorbeeld dat element 72 onder titanium en zirkonium viel in het periodiek systeem en beiden zijn transitiemetalen. Bovendien voorspelde de Deense natuurkundige Niels Bohr, een van de grondleggers van de kwantumtheorie, dat element 72 een transitiemetaal zou zijn. Hij deed dit op basis van de elektronenconfiguratie van het element.

In 1921 moedigde Bohr de Hongaarse chemicus Georg von Hevesy en de Nederlandse natuurkundige Dirk Coster, destijds twee jonge onderzoekers in zijn instituut, aan om in zirkoniumerts te gaan zoeken naar element 72. Gebaseerd op zijn kwantumtheorie wist Bohr dat het nieuwe metaal een vergelijkbare chemische structuur zou hebben als zirkonium. De kans dat de beide elementen in dezelfde ertsen zouden voorkomen was dus erg groot.

Von Hevesey en Coster volgden het advies van Bohr op en gingen verder met het bestuderen van zirkoniumerts met behulp van röntgenspectroscopie. Ze gebruikten de theorie van Bohr over hoe elektronenschillen en subschillen in atomen worden gevuld om de verschillen tussen de röntgenspectra van de twee elementen te voorspellen. Deze methode leidde in 1923 uiteindelijk tot de ontdekking van hafnium. De ontdekking was een van de toen nog zes hiaten in het periodiek systeem. Ze vernoemden het nieuwe element naar de geboorteplaats van Bohr: Kopenhagen (Hafnia in het Latijn).

Toepassingen

Hafnium is opmerkelijk corrosiebestendig en een uitstekende absorbeur van neutronen. Het kan daardoor goed worden toegepast n nucleaire onderzeeërs en regelstaven voor kernreactoren. Regelstaven houden de kettingreactie van kernsplijting actief maar voorkomen ook dat deze oncontroleerbaar kan versnellen.

Hafnium wordt ook gebruikt in elektronische apparatuur zoals kathodes en condensatoren maar ook in keramiek, flitslampen voor fotografie en gloeilampen. Het wordt gebruikt in vacuümbuizen als een getter, een stof die combineert met en sporengassen uit buizen kan verwijderen. Hafnium wordt meestal gelegeerd met andere metalen zoals titanium, ijzer, niobium en tantaal. Hittebestendige hafnium-niobiumlegeringen worden bijvoorbeeld gebruikt in de ruimtevaart o.a. in raketmotoren.

Het samengestelde hafniumcarbide heeft het hoogste smeltpunt van alle verbindingen die uit slechts twee elementen bestaan, hierdoor kan het ook gebruikt worden voor het bekleden van ovens.

Weetjes

  • In poedervorm is hafnium pyrofoor (ontbrandt spontaan).
  • De Engelse chemicus Henry Moseley was degene die zich realiseerde dat het element “celtium” van Georges Urbain niet het echte element was dat zich onder zirkonium bevond. Helaas heeft de Eerste Wereldoorlog het belangrijke onderzoek van deze jonge wetenschapper onderbroken. Moseley meldde zich plichtsgetrouw aan bij de Royal Engineers van het Britse leger en werd in 1915 door een sluipschutter gedood. Zijn dood bracht Engeland ertoe een nieuw beleid vast te stellen dat prominente wetenschappers verbood deel te nemen aan de actieve strijd.
  • In 1925 bedachten de Nederlandse chemici Anton Eduard van Arkel en Jan Hendrik de Boer een methode om zeer zuiver hafnium te produceren. Om dit te doen ontleedden de wetenschappers hafniumtetrajodide op een hete wolfraamdraad. Dit resulteerde n het kristalliseren van puur hafnium. Deze methode wordt het kristalstaafproces genoemd.
  • Het nucleaire isomeer van hafnium is lang beschouwd als een potentieel wapen. Het isomeer kan gebruikt worden om een snelle afgifte van energie te bewerkstelligen.
  • Ofschoon zirkonium sterk op hafnium lijkt is het in tegenstelling tot hafnium een slechte absorbeur van neutronen. Zirkonium wordt daarom in de buitenste laag van brandstofstaven gebruikt waar het belangrijk is dat neutronen gemakkelijk kunnen reizen.

Aardlagen dateren met behulp van hafnium

In een recente studie kon een internationaal team van wetenschappers bevestigen dat de eerste aardkorst ongeveer 4,5 miljard jaar geleden werd gevormd. Ze deden dit aan de hand van hun chemische analyse van hafnium in een zeldzame meteoriet. De onderzoekers geloven dat de meteoriet afkomstig is van de planetoïde Vesta die na een grote inslag  rotsfragmenten richting de Aarde heeft gestuurd.

Volgens de onderzoekers zijn meteorieten stukjes van de originele materialen waaruit alle planeten zijn ontstaan. Voor hun onderzoek keken ze naar de verhouding 176Hf en 177Hf in de meteoriet. Dit gaf hen een startpunt voor de samenstelling van de Aarde. Ze vergeleken de resultaten met de oudste rotsen op Aarde en hiermee bewezen ze dat er 4,5 miljard jaar geleden al een korst aanwezig was op onze planeet. Hun bevindingen werden gepubliceerd in de Proceedings of the National Academy of Sciences (PNAS).

Spectra

Absorptiespectrum

Emissiespectrum