Chemici

Wie was Jöns Jakob Berzelius?

Jöns Jakob Berzelius was een Zweedse chemicus die een opmerkelijk leven leidde dat de basis legde van hoe we tegenwoordig de scheikunde bestuderen. Samen met Robert Boyle, John Dalton en Antoine Lavoisier wordt Berzelius beschouwd als de grondlegger van de moderne chemie.

Geschiedenis

Jöns Jakob Berzelius werd op 20 augustus 1779 geboren in het Zweedse Väversunda. Hij schreef zich in aan de universiteit van Uppsala waar hij op 23-jarige leeftijd arts werd. Tussen 1808 en 1936 kreeg Berzelius een laboratorium en een assistent toegewezen. In die tijd werd hij benoemd tot hoogleraar scheikunde en farmacie aan de medische universiteit van Stockholm. Dit zou later uitgroeien tot het vermaarde Karolinkska Instituut. Gedurende deze tijd werd hij ook verkozen tot lid van de Koninklijke Zweedse Academie van Wetenschappen en kreeg hij de eer om de academie nieuw even in te blazen en een tweede gouden tijdperk in te luiden.

Jöns Jakob Berzelius
Jöns Jacob Berzelius (20 augustus 1779 – 7 augustus 1848), Publiek domein

 De ontdekkingen van Berzelius

Een van de meest opmerkelijke prestaties die Berzelius in de scheikunde behaalde waren de experimenten die hij uitvoerde bij het voorbereiden van een leerboek voor zijn studenten: Lärboki Kemien, vol. 1, 1808. De experimenten die hij uitvoerde stelden vast dat elementen in anorganische stoffen in bepaalde gewichtsverhoudingen aan elkaar zijn gebonden. Dit werd later de “wet van constante proporties”.

Zijn verschillende onderzoeken leidden ook tot de ontdekking van verschillende nieuwe elementen waaronder cesium, selenium en thorium. De studenten in zijn laboratorium ontdekten vervolgens de elementen lithium, vanadium en andere zeldzame aardmetalen. Berzelius ontdekte niet alleen nieuwe elementen  maar hij bepaalde ook de atoomgewichten van bijna alle bekende elementen van zijn tijd.

Met zoveel elementen om mee te werken was Berzelius gemotiveerd om een logisch, gestandaardiseerd systeem van symbolen te maken: H voor waterstof, O voor zuurstof, etc. Dit vormde de basis voor het periodieke systeem van vandaag. Niet tevreden met de gereedschappen van zijn tijd ging Berzelius verder met het maken van nieuwe instrumenten om zijn wetenschappelijke kennis te vergroten. Van deze instrumenten is zijn Berzelius-beker de bekendste. Een Berzelius-beker is een maatbeker die meestal dubbel zo hoog is dan zijn diameter. Een bekerglas hoog model dus.

Bovendien wordt het eerste gebruik van het woord “eiwit” toegeschreven aan Berzelius. Hij zou dit gedaan hebben in een brief aan de Nederlandse chemicus Gerdays Johannes Mulder. Mulder werd de eerste wetenschapper die een artikel publiceerde met de term “eiwit oftewel proteïne”.

Berzelius was een wetenschapper in de ware zin van het woord. Hij stelde vragen over de wereld om hem heen en hij werkte hard om die te beantwoorden. Op je nu met anorganische chemie of met eiwitchemie hebt te maken, we hebben allemaal iets te danken aan Jöns Jakob Berzelius.

Berzelius stierf in Stockholm op 7 augustus 1848.